1 OP 1

Alex Hoogendoorn, concerncontroller Stichting Parlan Jeugdhulp,
Vincent Heemskerk, businesscontroller Dierenbescherming

“Ik vind het mooi dat ik nu werk doe dat maatschappelijk heel relevant is”

In de rubriek één op één gaan twee registercontrollers met elkaar in gesprek over het vak en hoe het is om te werken in de non-profit. Wat zijn de verschillen ten opzichte van de private sector? Alex Hoogendoorn, concerncontroller bij Stichting Parlan Jeugdhulp, en Vincent Heemskerk, businesscontroller bij de Dierenbescherming, geven antwoord. “Ons doel is om zoveel mogelijk geld te besteden aan onze doelstellingen. Ons doel is niet om winst te maken.”

Alex Hoogendoorn

Naam: Alex Hoogendoorn. 
Functie: Concerncontroller. 
Organisatie: Stichting Parlan Jeugdhulp. 
Leeftijd: 51. 
Ambitie: Het goed doen. 
Grootste uitdaging: Zorgeloos leven.
Ik heb een hekel aan: Oneerlijkheid.
Favoriete dingen: Wandelen met de hond over het strand, wintervakantie naar de zon, familie.

Vincent Heemskerk

Naam: Vincent Heemskerk. 
Functie: Businesscontroller.
Organisatie: Dierenbescherming. 
Leeftijd: 39.
Ambitie: samen met als onze collega’s een vanzelfsprekend diervriendelijk Nederland realiseren.
Grootste uitdaging: vrienden en kennissen overtuigen minder vlees en vis te eten.
Ik heb een hekel aan: IT-problemen.
Favoriete dingen: reizen, mountainbiken en zwemmen.

Hoogendoorn werkt sinds januari 2018 voor Stichting Parlan Jeugdhulp. Aanvankelijk als businesscontroller en sinds ruim anderhalf jaar als concerncontroller. Voorheen werkte Hoogendoorn zeventien jaar in verschillende rollen bij ING. Heemskerk is sinds augustus 2022 businesscontroller bij de Dierenbescherming. Daarvoor was hij onder andere tien jaar werkzaam bij Siemens als projectcontroller en treasury consultant.
 

Wat is de reden geweest dat jullie de overstap hebben gemaakt van de private sector naar non-profit?

Hoogendoorn: “Mijn functie bij ING was boventallig geworden en dus moest ik een overstap maken. Ik was aanvankelijk niet op zoek naar een functie in de jeugdzorg. Een oud-leidinggevende bij ING was directeur bedrijfsvoering bij Parlan. Zij heeft mij toen benaderd. De functie van businesscontroller was nieuw voor Parlan. Het was voor mij een flinke overstap. Bij de bank speelde geld eigenlijk geen rol en ik kreeg ook royaal betaald. Ik heb financieel wel een concessie moeten doen. Bovendien draait het in de organisatie niet om geld verdienen, maar staan de kinderen centraal. Daar doen we het voor en daar moet je gevoel bij hebben. Ik vind het mooi dat ik nu werk doe dat maatschappelijk heel relevant is en dat ik daar, vanuit mijn financiële expertise, een bijdrage aan mag leveren.”

Heemskerk: “Ik heb besloten om de stap te maken nadat ik de opleiding De betekenis van rijkdom had gevolgd aan de Erasmus Universiteit. Daarin stond de vraag centraal: wat betekent rijkdom voor mij en wat wil je voor je omgeving achterlaten? Na het volgen van die opleiding en mijn vertrek bij Siemens heb ik een sabbatical genomen om na te denken. Ik stelde mijzelf de vraag: wat vind ik echt belangrijk? Hoe kan ik mijn steentje bijdragen aan de maatschappij? Tijdens die zoektocht kwam ik uit bij de Dierenbescherming, waar dieren op één staan en de rest op twee. Ik vind het mooi dat ik nu professioneel mijn steentje kan bijdragen aan het welzijn van dieren.”

Wat zijn de verschillen tussen de private-sector en non-profit?

Heemskerk: “Ik ervaar als controller bij de Dierenbescherming veel meer vrijheid. Om een voorbeeld te geven: bij Siemens is er een treasury guideline van vijftig pagina’s. Als je een bankrekening wil openen, moet je allerlei stappen doorlopen en op verschillende plaatsen handtekeningen ophalen. Bij de Dierenbescherming hebben we ook een treasury-beleid en dat bestaat uit drie A4’tjes. Dat dekt ook de lading. Natuurlijk doen wij ook hier aan risicospreiding. Zo hebben wij geld op meerdere banken staan en is ons cashmanagementsysteem ingericht op bepaalde limieten. Maar de vrijheid dat niet alles is vastgelegd, geeft mij het gevoel van ondernemerschap. Ik kan snel schakelen en dingen uitzoeken. Als ik een memo schrijf, kan die direct naar de bestuurder en wordt het geregeld. Bij Siemens moest de CFO ook tekenen voor het openen van een bankrekening. Maar voordat je zijn handtekening had, moest je eerst een memo schrijven en een afspraak met hem maken. Dat liep dan weer via zijn secretaresse. Zo’n proces duurt dan veel langer.”

Hoogendoorn: “De setting waarbinnen ik werkte bij ING was veel groter dan wat ik nu gewend ben. Er was een team van businesscontrollers die allemaal hetzelfde werk deden. Toen ik bij Parlan binnenkwam, was ik de enige businesscontroller en werkte ik samen met de concerncontroller. Dat resulteerde er wel in dat ik veel meer verantwoordelijkheid kreeg. Ik werk nu als concerncontroller nog steeds samen met één businesscontroller en wij moeten alle leidinggevenden, de directie en de bestuurder bedienen. In de basis is het werk hetzelfde. Wij moeten ervoor zorgen dat wij de juiste managementinformatie leveren, een goede begroting maken en ervoor waken dat wij binnen de grenzen van die begroting werken. Daarnaast brengen wij alle risico’s in kaart en zorgen we voor beheersmaatregelen. Naast controller ben ik zo tegelijk ook risicomanager en treasurer.”

“Mensen zorgen hier goed voor elkaar, zijn er voor elkaar en vragen naar elkaar. Het is prettig om daar onderdeel van te zijn.” 

Zijn jullie kritischer in jullie huidige rollen hoe je geld uitgeeft dan dat je dat voorheen was?

Hoogendoorn: “Zonder enige twijfel: ja. En dat moet ook wel. Bij ING klotste het geld, gekscherend gezegd, tegen de plinten op. Bovendien had je knoppen waar je aan kon draaien om ervoor te zorgen dat er nog meer geld binnenkwam. Zoals de tarieven van betaalpakketten verhogen of spaarrentes verlagen. Bij Parlan zijn wij zorgverlener voor opdrachtgevers. Wij krijgen contracten opgelegd en conform die contracten moeten wij zorg verlenen. De tariefstelling is eigenlijk niet eens afdoende om de zorg te leveren die we willen leveren. Voor het tweede jaar op rij hebben wij een negatieve begroting. Wij zijn aan het uithollen op ons eigen vermogen en dat zorgt ervoor dat wij ons zorgen maken over de continuïteit van onze organisatie. De discussies over hoe wij ons geld uitgeven zijn dan ook stevig. Ook al zijn de middelen beperkt, wij willen wel de goede zorg kunnen blijven leveren. In het belang van de kinderen. Het is daarin een samenspel tussen ons als zorgaanbieder, onze opdrachtgevers (gemeenten) die de zorg inkopen en de overheid die werk moet maken van de hervormingsagenda omdat de decentralisatie van de jeugdzorg niet goed heeft uitgepakt. Bij dat spel kijken we ook kritisch naar onze eigen rol om de zorg betaalbaar te houden. Dat wij niet onnodige zorg leveren en tijdig afschalen. Maar goede zorg heeft zijn prijs, daar kunnen we niet omheen.”

Heemskerk: “Bij Siemens draaide het simpelweg om geld verdienen en het verslaan van de kwartaalverwachtingen van analisten. Bij de Dierenbescherming is dat niet het streven. Wij willen ons geld naar waarde uitgeven. Wij streven dan ook naar een nulbegroting. Ons doel is om zoveel mogelijk geld te besteden aan onze doelstellingen. Dat is in lijn met het feit dat wij een CBF Erkend Goed Doel zijn. Elke euro die wij binnenkrijgen, moeten wij voor tenminste zeventig procent besteden aan onze doelstellingen. Zo streven wij naar een diervriendelijke samenleving. We zouden dan leven in een wereld waarin de belangen van dieren vanzelfsprekend zijn in het denken en handelen van mensen. Aan onze leden leggen wij verantwoording af over hoe wij omgaan met onze gelden en hoe het daadwerkelijk wordt besteed aan onze strategische prioriteiten. Wij hebben gelukkig een financieel goede positie, maar dat betekent niet dat wij lukraak ons geld kunnen uitgeven. Wij hebben een heel strikt inkoopbeleid. Daarin zeggen we dat er voor een investering vanaf twintigduizend euro tenminste drie offertes moeten worden aangevraagd. Bovendien moet de bestuurder uiteindelijk ook tekenen voor goedkeuring. Dat is een groot verschil met Siemens. Daar loopt de organisatie vast als je telkens een handtekening gaat vragen voor een dergelijk laag bedrag. Offertes daar komen al snel boven honderdduizend euro of zelfs boven het miljoen uit.”

 

“De discussies over hoe wij ons geld uitgeven zijn stevig.” 

 

Zien jullie jezelf ooit nog terugkeren naar de private-sector?

Hoogendoorn: “Het is een vraag die mijn vrouw mij ook wel eens heeft gesteld. Ik werk in een heel complexe omgeving. Daarbij komt dat ik niet hetzelfde betaald krijg dan ik bij ING gewend was. Of ik terug wil naar bijvoorbeeld het bankwezen? Nee, zeker niet. Geld is niet allesbepalend. Het werk dat ik doe en de gedachte daarachter, geeft mij veel voldoening. Het kind staat hier centraal. Bij ING heb ik meermaals geopperd om de klant meer centraal te stellen, maar dat werd mij niet altijd in dank afgenomen. Begrijp me niet verkeerd. Er zijn natuurlijk prachtige commerciële organisaties. Organisaties die winst maken, maar ook belangrijk werk doen. Maar op dit moment ben ik zeer tevreden met de rol die ik vertolk bij Parlan. Ik houd goede moed dat de Hervormingsagenda Jeugd 2023-2028, die als doel heeft knelpunten in de jeugdzorg structureel aan te pakken, het gewenste effect gaat hebben. Er is voor mij genoeg om voor te strijden.”

Heemskerk: “Goede vraag… Op dit moment zie ik dat niet gebeuren. De cultuur hier op kantoor is gemoedelijker dan dat het was bij Siemens. Je kent nagenoeg iedereen. Het is ook minder stressvol en tenslotte ervaar ik een spirit die bij iedereen hetzelfde is. We willen allemaal het leven van dieren verbeteren. Dat is heel inspirerend. Mensen zorgen hier goed voor elkaar, zijn er voor elkaar en vragen naar elkaar. Het is prettig om daar onderdeel van te zijn. Bovendien zijn er voor mij als registercontroller genoeg mogelijkheden om de organisatie verder te verbeteren en te professionaliseren. Ik krijg ook alle ruimte om mijn noodzakelijke PE-punten te halen.”